Interview Frank van Wijck met Siu-Fung Chan in de-eerstelijns.nl
Evodoc wil startende huisartsen ondersteunen in praktijkhouderschap. Kleinschaligheid en persoonlijk contact is daarbij een belangrijk uitgangspunt voor deze partij. Tegelijkertijd wil het wel meegaan met de ontwikkeling van digitalisering, om daarmee zowel de huisarts als de patiënt flexibiliteit te bieden.
Met drie kinderen heb je nogal eens de huisarts nodig. “Ik vond het nogal gedoe om daarbij steeds te moeten bellen naar een lijn die bezet is, bij bezoek aan de praktijk te lang in de wachtkamer te moeten zitten en uiteindelijk in de spreekkamer te moeten horen: we zien het nog een weekje aan,” zegt medeoprichter van Evodoc Siu-Fung Chan. “Dat moest efficiënter kunnen, dacht ik. Dus schreef ik me in bij Westerdokters, het initiatief van Vladan Ilić, om te zien hoe dat me beviel. Heel goed dus, merkte ik al snel. Je opent de app die dit initiatief biedt, stuurt een bericht met eventueel een foto erbij en hebt binnen een paar uur een reactie. Natuurlijk is er ook gewoon een spoedlijn en kun je ook naar de praktijk toe als het nodig is, maar heel veel vragen kun je direct digitaal afhandelen.”
Chan had Ilić wel willen betrekken bij het initiatief voor wat uiteindelijk Evodoc ging heten, waarover hij met zijn kompanen Pieter Jeekel en Nicole van Loy brainstormde, juist omdat digitalisering daarin een van de onderwerpen was. “Pieter en Nicole waren de mensen achter Zelfzorg Ondersteund, dat ook gaat over digitalisering om de patiënt te ondersteunen in zelfzorg,” zegt Chan. “Wat Vladan in het verlengde daarvan deed in zijn eigen praktijk vonden wij heel interessant, maar hij wilde verder met zijn eigen initiatief. Begrijpelijk en bovendien is digitalisering slechts één aspect van wat ons voor ogen staat. De kern van ons idee was startende huisartsen ondersteunen om alle drempels weg te nemen die zij nu zo vaak ervaren om een eigen praktijk te starten.”
Behoefte aan flexibiliteit
Gesprekken met jonge huisartsen, gevestigde huisartspraktijken, zorggroepen, opleidingsinstituten en zorgverzekeraars leerden de drie dat technologie niet het probleem is. “Die is er gewoon,” zegt Chan, “daarvoor hoef je niet op zoek naar nieuwe oplossingen. Het echte probleem is enerzijds het huisartsentekort en anderzijds patiënten die de behoefte hebben om anders te worden geholpen. Zo werd ons uitgangspunt dat de toegang tot de huisarts digitaal moet kunnen zijn voor die patiënten die dit willen, maar dat de patiënt wel de keus moet kunnen blijven maken.”
Een gesprek met de LOVAH was een eyeopener toen iemand daar zei: “Iedereen kan parttime werken, maar waarom wij als huisartsen niet?” Chan: “Ik kon me die vraag heel goed voorstellen. Ook als jonge huisarts wil je eerst je kinderen naar school brengen. En je wilt ook digitale zorg kunnen leveren als de patiënt dat wenst. We hoorden dit bijvoorbeeld van huisarts in opleiding Jolice van den Berg. Die vertelde ons dat het in de opleiding ontbreekt aan aandacht voor dit aspect, want er wordt vooral aandacht besteed aan communicatie, reflectie en uiteraard medisch inhoudelijk.”
Kleinschaligheid
Zo rijpte het idee om startende huisartsen te gaan ondersteunen om de stap te zetten naar praktijkhouderschap. “Iets wat in de praktijk toch al snel weerbarstiger bleek dan we hadden voorzien,” zegt Chan, “want vanuit het oogpunt van concurrentie kan een collega veel weerstand ervaren bij het opzetten van een nulpraktijk. Tegelijkertijd zagen we dat startende huisartsen risicoloos willen beginnen. Iets wat kan door ze een waarneemtarief en flexibiliteit te geven en ze van daaruit stapsgewijs te laten ingroeien als het gaat kriebelen om meer verantwoordelijkheid te nemen, vergelijkbaar met jonge medisch specialisten in een maatschap.”
Toen de banken brood in deze aanpak bleken te zien, werd het voor de drie haalbaar om de blik te richten op het overnemen van praktijken van huisartsen die wilden stoppen, zodat daarin samen met startende huisartsen de stap naar een moderne praktijk kan worden gezet. “Door in te zetten op flexibiliteit en digitalisering en te ondersteunen met de zakelijke kant van het praktijkhouderschap, bieden we jonge huisartsen perspectief om de stap te zetten,” zegt Chan. “De gedachte hierbij is dat wij tijdelijk eigenaar zijn van de praktijk, maar dat we dit niet blijven. In de fase waarin wij eigenaar zijn, zijn wij verantwoordelijk voor het model waarin digitale toegang voor de patiënten die dit willen een belangrijke rol speelt.
Opties bieden
In antwoord op de vraag wat dit betekent voor die patiënten die niet mee kunnen in de ontwikkeling van digitalisering zegt Chan: “We willen niet de hele zorg digitaliseren, we willen keuze bieden. De patiënt moet natuurlijk ook gewoon naar de praktijk kunnen, zoals ik eerder in het gesprek al zei. Maar we willen zoals gezegd ook rekening houden met de behoefte aan flexibiliteit die bij veel jonge huisartsen én patiënten speelt. Als je een huisarts de mogelijkheid wilt bieden om parttime te werken, moet je aan de voorkant regelen dat dit mogelijk is. Zeggen: “Morgen kun je bij je eigen huisarts terecht, maar je kunt nu al digitaal worden geholpen,” is dan een van de mogelijke opties.”
Hier dringt zich een vergelijking op met Buurtdokters, dat digitale zorg ziet als een manier om de druk op huisartsenpraktijken te verlichten. “Inderdaad wel vergelijkbaar,” zegt Chan, “en het is ook alleen maar goed dat er meer initiatieven ontstaan die gericht zijn op de continuïteit van de huisartsenzorg. Het voordeel van onze aanpak is denk ik enerzijds de wijze waarop wij voor de patiënt de toegang tot de zorg regelen en anderzijds dat bij een moderne manier van werken ook een moderne bekostiging past. Daarom ontvangt de huisarts een vast bedrag per patiënt in plaats van het gebruikelijke tarief per consult.”
Pilot in Nijmegen
Evodoc heeft in Nijmegen Noord de eerste stap gezet in samenwerking met een praktijk die is gestart als nulpraktijk en die moet uitgroeien tot een groepspraktijk met tienduizend patiënten. Chan: “De discussie die we voeren is hoe we de praktijk zo strak mogelijk kunnen runnen daarbij uitgaande dat zij met twee huisartsen, een vast team met de juiste taakherschikking én ondersteund door digitalisering samen 10.000 patiënten van goede persoonlijke zorg kan voorzien.”
En wat is de verder weg liggende ambitie? “We hebben geen vastomlijnd aantal praktijken in ons hoofd,” zegt Chan. “Het voordeel is dat we niet gefinancierd worden door een externe partij en dus geen businessplan met vastomlijnde groeicijfers hebben waaraan we gebonden zijn. Wij drieën zijn geen filantropen, maar we hebben alle drie andere werkzaamheden naast Evodoc en zijn hier dus niet van afhankelijk. Bijdragen aan echte vernieuwing van de huisartsenzorg is ons doel. Voor dit jaar is het plan één praktijk actief te hebben -dat gaat ons zeker lukken- en actief de kennis te delen die we opdoen. Hoe we daarna verder gaan, hangt af van hoe groot de behoefte is. We sluiten aan bij wat er speelt onder de jonge generatie huisartsen, zodat de huisartsenzorg toekomstbestendig is.”
De initiatiefnemers
Evodoc is opgericht door Pieter Jeekel, Nicole van Loy en Siu-Fung Chan.
Jeekel was directeur van Zelfzorg Ondersteund. Met zijn bedrijf CamCare introduceerde hij beeldbellen en met TeleMC teledermatologie en andere teleconsultatie diensten. Hij is voorzitter van de Nederlandse AI Coalitie Gezondheid en Zorg.
Van Loy was eveneens directeur van Zelfzorg Ondersteund. Ze is gezondheidswetenschapper en werkte onder andere als projectleider bij het ministerie van VWS. Ze is programmamanager voor de Zeeuwse Zorg Coalitie en bestuurslid van de Stichting Wijzelf.
Chan heeft technische bedrijfskunde en communicatiewetenschap als achtergrond. Hij werkte onder andere internationaal bij TNT. Hij is lid van de raad van toezicht bij ggz-instelling Arkin, mede-oprichter van Premeo.nl, Thuisvaccinatie.nl en Docabroad.nl en maakt ook deel uit van het team van de digitale apotheker Pharmi.
Bronvermelding: artikel is afkomstig van de-eerstelijns.nl en is geschreven door Frank van Wijck